Afbeelding
Robin Wubben

Van Gent Finaleweken: Amersfoortse Parazwemmer Bas Takken pakt laatste strohalm richting Parijs

15 april 2024 om 11:40 Zwemmen

AMERSFOORT Zwemmer Bas Takken heeft op de 100 meter rugslag voldaan aan de kwalificatielimiet voor de Paralympische Spelen. Hij klokte in Eindhoven een tijd van 1:02.15 en bleef daarmee 0.29 seconden onder de limiet in de S10-klasse. Het was voor de 24-jarige in Amersfoort wonende zwemmer de allerlaatste kans op een limiet voor de Paralympische Spelen.

Takken zwom op de derde avond van de Eindhoven Qualification Meet (EQM) eerst de 200 meter wisselslag. Dat is de afstand waarop hij in 2021 nog brons won op de Paralympische Spelen. Richting Parijs lukte het hem tot nu toe niet om op die afstand de limiettijd op de klokken te krijgen. Ook in Eindhoven ging het mis: hij bleef 0.04 seconden boven de limiettijd van 2:16.67.

Amper een uur na die teleurstelling dook Takken het water in voor de 100 meter rugslag. ,,Dit was plan B dat we voor Bas in gedachten hadden; een ontsnappingsroute naar Parijs”, zei een opgeluchte bondscoach Bram Dekker nadat de in Hoorn geboren Takken eindelijk een paralympische nominatie op zak had. ,,Omdat Bas wel voldaan heeft aan de internationale kwalificatie-eisen, houden we de optie open om hem voor de Spelen ook op zijn favoriete 200 meter wisselslag in te schrijven.”

LAATSTE KANS

De EQM in Eindhoven was voor alle parazwemmers de laatste kans om kwalificatielimieten voor de Paralympische Spelen te zwemmen. In totaal acht Nederlandse zwemmers hebben voldaan aan de gestelde limieten. Bondscoach Dekker gaat het team voor Parijs 2024 nu voordragen NOC*NSF. De sportkoepel neemt het definitieve besluit over paralympische deelname.

­ UITLEG HANDICAPCLASSIFICATIE

In de parasport wordt elke sporter geclassificeerd voor hij of zij mee mag doen aan (inter)nationale wedstrijden. Doel hiervan is dat wedstrijden niet beslist worden op basis van handicap, maar op basis van trainingsarbeid, talent, etc. Classificatie gebeurt niet op basis van medische indicatie, maar op basis van de invloed die een bepaalde handicap heeft op de beoefening van de sport. Zo kan het dat verschillende soorten handicaps in dezelfde klasse thuishoren.

Zwemmen kent veertien verschillende handicapklassen. Elke klasse-aanduiding bestaat uit een letter en een cijfer: S (swimming, geldt voor vrije slag, vlinderslag en rugslag), SB (swimming breaststroke, voor schoolslag) of SM (swimming medley, voor wisselslag), gevolgd door een cijfer van 1 tot en met 14.

S/SB/SM1-10: voor zwemmers met een lichamelijke beperking. Hoe lager het cijfer, hoe zwaarder de sporter beperkt wordt bij het zwemmen door zijn of haar handicap. Ter vergelijking: in S1 zitten zwemmers die significant verminderde spierkracht en controle hebben in hun armen, benen en handen. In S10 zitten zwemmers met een minimale lichamelijke handicap, als het missen van (een deel van) een hand of verminderde bewegingsvrijheid in de heupen.
S/SB/SM11-13: voor zwemmers met een visuele beperking. Hoe lager het cijfer, hoe minder het zicht. In klasse S11 moeten zwemmers een geblindeerde zwembril dragen. Bij de keerpunten en finish maken ze gebruik van een zogenaamde ‘tapper’: een assistent die met een stok op het hoofd of de rug tikt om aan te duiden dat er een keerpunt of finish aankomt.S/SB/SM14: voor zwemmers met een verstandelijke beperking die invloed heeft op hun lichamelijke sportbeoefening. ­

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie