Boete voor doorrijden na aanrijding

AMERSFOORT - Een 33-jarige vrouw uit Amersfoort is woensdag door de Utrechtse politierechter schuldig bevonden aan het doorrijden na een aanrijding. De Amersfoortse kreeg 200 euro boete opgelegd.

Volgens een getuige had de vrouw op 9 september 2005 bij het uitparkeren op de Amsterdamseweg in Amersfoort een deuk in de zijkant van een andere geparkeerde auto gereden. De getuige vertelde de politie dat ze een knal had gehoord en vervolgens zag ze een vrouw en een bejaarde man uitstappen en van plaats verwisselen. De man nam het stuur van de vrouw over. Daarna reden ze weg.

De Amersfoortse en de man, die als getuige was meegekomen naar de rechtszaak, ontkenden beiden dat ze van plek hadden verwisseld. "Heel merkwaardig", zo dacht de man over de getuigenverklaring. "Ik wil een eed op God afleggen dat het niet waar is. Het is absoluut niet waar."

Volgens de getuige had hij nog geprobeerd de andere auto op te tillen en een stuk te verschuiven omdat deze zo dicht op hun auto was geparkeerd dat de vrouw alleen via de passagiersstoel achter het stuur kon gaan zitten. "Ik had er de pest in, want zo parkeer je geen auto", vond hij. Omdat de man geen schade had gezien en tegen de vrouw had gezegd dat ze verder konden rijden, vond advocaat mr. L. de Leon dat de Amersfoortse moest worden vrijgesproken. Volgens hem had ze niets strafbaars gedaan.

Politierechter mr. L. Bakker-Splinter zei echter geen enkele reden te hebben om de verklaring van de getuige niet te geloven. Ze achtte het doorrijden na een aanrijding daarom bewezen. Wel ging Bakker-Splinter iets onder de eis van de officier van justitie zitten omdat het om een oud feit ging. Tegen de Amersfoortse was 220 euro boete geëist.