De 'lichtjestocht' in oktober, met rechts vooraan de 7-jarige Ljowa.
De 'lichtjestocht' in oktober, met rechts vooraan de 7-jarige Ljowa. Rob Smulders

Burgemeester neemt het op voor asielgezin in emotionele brief aan Tweede Kamer

25 november 2021 om 13:00 Politiek

AMERSFOORT Eén langgerekte hartenkreet; dat is de brief die burgemeester Lucas Bolsius schreef aan ‘Den Haag’. Bolsius breekt hierin een lans voor de 7-jarige Ljowa Shabazyan, zijn broertje, zusje en ouders. De situatie van deze asielzoekers is ‘regelrecht schrijnend’ en het is zijn ‘morele plicht’ om voor hen op te komen. Ljowa is ‘een kind dat hier naar school gaat, hier vriendjes of vriendinnetjes heeft gemaakt en ook geen andere toekomst heeft dan in Nederland’. 

Ze moeten het land verlaten als kansloze asielzoekers. De ouders van Ljowa komen uit Armenië, waar ze werden bedreigd en mishandeld. Ze kwamen elf jaar terug naar Nederland, waar ook hun kinderen zijn geboren. 

Bolsius trekt zich hun lot aan, en zelfs in die mate dat hij besloot zijn nek uit te steken. Op persoonlijke titel richtte hij zich tot de Tweede Kamer, om precies te zijn: de leden van de vaste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid. De burgemeester onderneemt hoogst zelden zo’n actie. 

De realiteit is, dat wij kinderen vragen om een koffer in te pakken terwijl zij hier zijn geboren en opgegroeid

Bolsius meldt hierin dat hij op 19 november de staatssecretaris die zich bezighoudt met asiel en migratie - Ankie Broekers-Knol (VVD) - heeft gevraagd gebruik te maken van haar ‘discretionaire bevoegdheid’. Dit is de mogelijkheid om uitzonderingen te maken in wat gewoonlijk ‘schrijnende situaties’ worden genoemd. Het gaat dan meestal om vluchtelingen die tussen de wal en het schip vallen. 

(Artikel gaat verder onder de afbeelding).


Het gezin Shabazyan moet ‘terug’ naar een gevaarlijk land waar de kinderen nooit zijn geweest. - Foto: Familie Shabazyan

LICHTJESOPTOCHT ‘Den Haag’ kan regels opstellen en voorschrijven, maar de gemeenten, elders in het land, moeten die voorschriften zien uit te voeren. Daarbij kunnen lokale bestuurders niet altijd uit de voeten met wat de burgemeester karakteriseert als ‘een ambtelijk proces’ waarbij alleen wordt gekeken ‘naar regelgeving en tijdlijnen’. 

Bij een protestmars ofwel een ‘lichtjesoptocht’ door Amersfoort, in oktober - van de Prins Willem Alexanderschool aan de Frederik van Blankenheymstraat naar het stadhuis - liep de burgemeester al voorop. Deze mars werd gevolgd door protestactie in Den Haag en de smeekbede van Bolsius aan de staatssecretaris. Dit alles leverde tot dusverre niets op. 

GEBOREN EN OPGEGROEID Aanleiding voor Bolsius voor een officiële brief aan de Tweede Kamer: ,,Als middelgrote stad met een asielzoekerscentrum , verwelkomen we in Amersfoort veel asielgezinnen en nemen hen op in de samenleving. Dit doen Amersfoorters in de wetenschap dat een deel van hen ons land ooit weer zal moeten verlaten.’’ 

De stad heeft geen zeggenschap over het beleid, maar krijgt wel te maken met de gevolgen daarvan. ,,De realiteit is, dat wij kinderen vragen om een koffer in te pakken terwijl zij hier zijn geboren en opgegroeid, soms zelfs na een verblijf van 7 of 10 jaar.’’ 

Hij komt als burgemeester eens in de paar jaar ‘een kind tegen, vaak met broertjes en zusjes, dat uitgezet dreigt te worden’. ,,Een kind dat hier naar school gaat, hier vriendjes of vriendinnetjes heeft gemaakt en ook geen andere toekomst heeft dan in Nederland.’’ Dit is dus het geval met Llowa. Hij pleit voor een coulante houding als het gaat om kinderen die ‘hier langer dan vijf jaar of zelfs hun hele leven hebben gewoond’. 

MORELE PLICHT Achter de nuchtere dossiers schuilen ‘mensen met zorgen, ambities en soms ook rammelende vluchtverhalen’. ,,Maar de realiteit is dat er kinderen zijn die inmiddels door geboorte, gevolgd door langdurig verblijf hier en worteling in onze samenleving, gewoonweg bij ons gaan horen.’’ Het terugsturen zou niet te verenigen zijn met ‘onze eigen maatstaven voor de veiligheid en het recht voor ontplooiing van dat kind’. 

Eenieder met enige verantwoordelijkheid in het openbaar bestuur, heeft de morele plicht om naar de mens achter een dossier te kijken

De burgemeester constateert ten slotte: ,,Ik heb de staatssecretaris geschreven dat de belangrijkste les die ik en velen met mij het afgelopen jaar heb geleerd, is dat eenieder met enige verantwoordelijkheid in het openbaar bestuur, de morele plicht heeft om naar de mens achter een dossier te kijken. Dit zie ik nóg sterker als het kinderen betreft.’’

OMA HENNY De Amersfoortse vrijwilligster Henny van der Lelij - voor de kinderen: Oma Henny - vertelde eerder in De Stad Amersfoort dat de ouders een procedurele fout zouden hebben gemaakt. Ze hadden een aparte asielprocedure moeten aanvragen. De ouders wisten niet dat dit nodig was en niemand heeft ze erop gewezen. 

‘Oma Henny’ meldde ook dat de documenten uit Armenië te wensen kunnen overlaten, omdat de politie daar zeer corrupt is. De kinderen zijn niettemin volledig ingeburgerd in Nederland. Ze hebben nooit in Armenië gewoond en zouden dus ‘terug’ moeten naar een land waar ze nog nooit zijn geweest. De ouders willen overigens graag aan het werk in Nederland, iets wat hen als asielzoekers tot dusverre is verboden. 

door Jeroen de Valk