Son: ,,In januari 2020 heb ik burgemeester Bolsius persoonlijk aangesproken over het feit dat de gemeente nog geen enkele actie had ondernomen op mijn verzoek."
Son: ,,In januari 2020 heb ik burgemeester Bolsius persoonlijk aangesproken over het feit dat de gemeente nog geen enkele actie had ondernomen op mijn verzoek." De Stadsbron

‘Amersfoort geeft niet thuis in [kwestie joodse belastingen]'


30 maart 2021 om 11:02

Ze konden er niet verblijven omdat ze door de bezetter naar een concentratiekamp waren gedeporteerd. Of omdat ze, om uit handen van de bezetter te blijven, ondergedoken hadden gezeten.


Son heeft bijna twee jaar geleden een verzoek gericht aan burgemeester Bolsius en aan de leden van de gemeenteraad om, in navolging van andere gemeenten in Nederland, zoals Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht, ook in Amersfoort een onderzoek in te stellen naar belastingen die, als we dat nu zouden beoordelen, als immoreel zouden worden aangemerkt. ,,Immoreel, omdat zij werden opgelegd aan mensen die niet door hun eigen toedoen, maar door een antisemitisch regime uit hun huizen waren gezet of gevlucht en daarna alsnog werden gevraagd te betalen voor een woongenot waar iemand anders gebruik van had gemaakt op hun kosten”, aldus Son die over haar verzoek aan de gemeente contact onderhoudt met Ronnie Naftaniel vice-voorzitter van het Centraal Joods Overleg.


In november 2018, een half jaar voordat Son in haar woonplaats in de pen klom, had de Vereniging van Nederlandse Gemeenten al haar leden opgeroepen de kwestie van de belastingen te onderzoeken. Aanleiding hiervoor was dat uit archiefonderzoek in Amsterdam eerder was gebleken dat de gemeente Amsterdam joodse huiseigenaren en hun erfgenamen na de Tweede Wereldoorlog alsnog had laten betalen voor erfpacht tijdens de oorlogsjaren, terwijl deze mensen hun huizen noodgedwongen hadden moeten verlaten. De huizen waren in veel gevallen onteigend.


Bovendien bleek uit het onderzoek dat de paar joden die de oorlog hadden weten te overleven, vervolgens eerst hun eigen bezittingen moesten zien terug te krijgen. En als dat dan al gelukt was, werden zij vervolgens niet alleen door de gemeenten met een naheffing van niet betaalde belastingen geconfronteerd, maar ook nog eens met een boete wegens te late betaling.

Wie meer wil weten over de schandalige behandeling van de joodse overlevenden in Nederland, leze De kleine sjoa van Isaac Lipschits uit 2001. ,,Het antisemitisme in woord en geschrift was heftiger dan het vóór 1940 was geweest. De beroving van joden werd voortgezet, nu onder regie van de Nederlandse overheid”, was zijn stelling na uitgebreid onderzoek. In Amsterdam, Den Haag en Utrecht is inmiddels vastgesteld dat de gemeenten door de naoorlogse belastingheffingen hebben geprofiteerd ten koste van hun joodse inwoners. En dat zij of hun nabestaanden daarvoor gecompenseerd moeten worden.


GEEN ENKELE REACTIE Son: ,,Ondanks het verzoek van het Centraal Joods Overleg aan de koepelorganisatie van Nederlandse gemeenten, heeft Amersfoort niet zelf besloten een onderzoek in te stellen. Net als in veel andere gemeenten was het nodig dat een inwoner aan de bel trok. Ik heb daarom in mei 2019 de gemeente Amersfoort verzocht een onderzoek in te stellen. In september 2019 heb ik dit verzoek nogmaals ingediend, nadat ik van de gemeente geen enkele reactie had ontvangen. In januari 2020 heb ik burgemeester Bolsius persoonlijk aangesproken over het feit dat de gemeente nog geen enkele actie had ondernomen op mijn verzoek en ik heb hem gevraagd deze kwestie persoonlijk ter hand te nemen.”


Dat leek effect te hebben, want Son kreeg antwoord van een gemeentelijke adviseur dat er op verzoek van de gemeente een ‘verkenning’ was uitgevoerd door Archief Eemland en dat daaruit niets zou zijn gebleken van ten onrechte geheven belastingen. Die verkenning, zo bleek later, was uitgevoerd op basis van stukken van ver vóór de oorlog tot 1941, terwijl de kwestie juist betrekking heeft op de eerste jaren ná de oorlog. Op 6 februari van het vorige jaar werd een en ander besproken in een stafvergadering in aanwezigheid van de burgemeester. Bolsius liet daarin weten dat hij wilde dat er een verder, diepgaand onderzoek zou worden ingesteld. Sindsdien heeft Isabel Son helemaal niets meer vernomen. Het gemeentearchief is al meer dan een jaar op zoek naar een geschikte specialist om de stukken verder te onderzoeken, maar die zoektocht heeft kennelijk tot op de dag van vandaag niets opgeleverd.


UTRECHT VOORTVARENDER In Utrecht zijn ze voortvarender aan de slag gegaan met de oproep van het Centraal Joods Overleg. In december vorig jaar betuigde de gemeente Utrecht na uitgebreid onderzoek spijt over de wijze waarop ze na 5 mei 1945 is omgegaan met joodse overlevenden van de Sjoa. Vastgesteld was dat teruggekeerde Joden hoge rekeningen van de gemeente voor hun kiezen hadden gekregen uit de tijd dat ze weg waren geweest. Utrecht kende haar joden een compensatie toe van 300.000 euro. Ook Amsterdam en Den Haag zijn daar inmiddels toe overgegaan.
Isabel Son voelt zich inmiddels knap aan het lijntje gehouden. ,,We zijn inmiddels twee jaar verder na mijn eerste verzoek. Daarom verzoek ik de gemeente Amersfoort nu nogmaals, maar dit keer via De Stadsbron, om tot actie over te gaan en recht te doen aan eventuele slachtoffers van door de gemeente na de oorlog immoreel geheven belastingen.”



Nauwelijks was vorige week dit artikel verschenen op De Stadsbron of de gemeente meldde zich bij De Stadsbron en bij Isabel Son die twee jaar op een antwoord had zitten wachten. De gemeente laat nu weten dat er een projectleider is aangesteld die met onder andere de input van Isabel Son een voorstel voor het onderzoeksproces heeft gemaakt. Ook andere gemeenten die een onderzoek hebben gedaan zijn geraadpleegd. In het voorstel staan mogelijke onderzoeksvragen en namen van organisaties en personen die het onderzoek kunnen uitvoeren. Dit alles komt in een voorstel dat aan de staf wordt voorgelegd. Dat zal naar verwachting in april zijn. Zodra het besluit genomen is kan er definitief een opdracht tot onderzoek worden verstrekt. Het spijt de gemeente dat dit alles zo veel tijd in beslag genomen heeft en dat Isabel Son zo lang in het ongewisse is gelaten.


Son: ,,In januari 2020 heb ik burgemeester Bolsius persoonlijk aangesproken over het feit dat de gemeente nog geen enkele actie had ondernomen op mijn verzoek."