De grootste concurrent is het weer

Marktkoopman Vreekamp biedt 180 producten aan

AMERSFOORT - Wekelijks echoot zijn markante stem tijdens de marktdagen op de Hof en in het winkelgebied Emiclair. 'Aardbije bije' en 'meloenen om te zoenen'. Marktkoopman Henk Vreekamp heeft boodschappentassen vol met prikkelende oneliners om zijn groenten en fruit voor een breed publiek aan te prijzen.

Gezelligheid, reuring en mensen. Voldoende drijfveren voor Vreekamp om zijn ondernemerschap niet tussen vier beklemmende muren tot ontplooiing te laten komen. Meer dan dertig jaar geleden kwam hij als zelfstandig ondernemer op de markt. Letterlijk en figuurlijk. Op donderdag prijst hij z'n waar aan in het winkelgebied Emiclair. Op vrijdag en zaterdag staat hij op de Hof. De resterende dagen levert hij onder meer in de afmijnzaal in Barendrecht en Breda een gevecht met de veilingklok. „Als je daar niet op de knop drukt, loop je het mis", rolt de logica over de lippen van Vreekamp die er aan toevoegt dat opmerkelijk genoeg niet de collega marktkooplui zijn grootste concurrenten zijn, maar het weer. „Voor het veilen moet je altijd op de hoogte zijn van het weer. Als het in de zomer even slecht weer is, zakt de vraag naar onder meer kersen, frambozen en aardbeien. Kortom; je moet goed inschatten om elke marktdag met een lege vrachtwagen te besluiten. Dat is de kick. Mocht ik in voorkomende gevallen toch nog wat overhouden, weet ik de weg naar verschillende supermarkten en restaurants te vinden."

In de tijd dat Vreekamp alle kneepjes van het vak moest doorgronden, bestond de koopwaar uit dertig producten. Tegenwoordig kan de consument bij hem kiezen uit liefst 180 producten, waarvan een aantal na jaren van afwezigheid weer op de Amersfoortse snijplankjes is te vinden. Vergeten groenten heet dat in het jargon. „Tegenwoordig is er steeds meer vraag naar onder meer aardperen", legt Vreekamp uit. „Een pas geoogste aardpeer is crèmekleurig tot rozerood. De smaak van de knol is lichtelijk zoet, 'notig' en heeft iets van een artisjok. Voorts vinden ook raapstelen, pastinaak en venkel steeds meer de weg naar de boodschappentas, evenals postelein. Iedereen kan daar heerlijke gerechten mee maken. We geven de klanten altijd ons voorkeursreceptje mee, wanneer zij de vergeten groenten willen ontdekken of herontdekken."

Wanneer de bestelling op de Hof een feit is, brengt hij geduldig tussen het kleurrijke en frisse koopwaar de weegschaal in werking. „Mandarijnen, we geven een euro veel elke pit", echoot het weer herkenbaar tussen de trapgevels op de Hof. „Het aanprijzen moet eerlijk uit je middenrif komen", bekent hij, waarna hij nog wat rabarber in de bruine papieren zak toestopt, inclusief een oneliner. „Dit is geen eten, dit is vréselijk lekker. Smakelijk eten."