‘Geschiedenis moet zichtbaar blijven’

11 maart 2009 om 00:00 Nieuws

Het huidige monumentenbeleid is gebaseerd op de nota ‘Amersfoort goed bekeken’ uit 1991. Inmiddels is die nota aan actualisatie toe, legt Max Cramer van de afdeling Monumentenzorg en Archeologie uit. ,,De meeste voorstellen uit die nota zijn uitgevoerd. Bovendien merken we dat er veel veranderingen zijn, op het gebied van de regelgeving, maar er zijn ook ontwikkelingen bij gekomen die een plaats in het nieuwe beleid zouden moeten krijgen.” Vorige week heeft het college op voorstel van verantwoordelijk wethouder Luchtenveld een voorschot gegeven op het nieuwe monumentenbeleid met de startnotitie ‘Monumenten en Archeologie’.

Actualisatie monumenten- beleid gemeente AMERSFOORT - Amersfoort heeft 234 gemeentelijke monumenten, maar industriële gebouwen en de typerende architectuur uit de jaren ‘50, staan tot nu toe niet centraal in het Amersfoortse monumentenbeleid. Dat gaat echter veranderen als het aan het college van b en w ligt.

door André van der Velde

Een van die nieuwe aandachtsvelden behelst het industrieel erfgoed, iets waarvoor de Stichting voor industrieel erfgoed in de stad Amersfoort (Siesta) zich de afgelopen jaren sterk heeft gemaakt. En met succes. ,,Er is een enorme stijging merkbaar in de waardering voor industriële panden. De industrie is ook van groot belang geweest voor de ontwikkeling van Amersfoort.” Dat verleden is volgens Cramer te zien aan panden als de Wagenwerkplaats, het complex van de voormalige kleurstoffenfabriek Warner Jenkinson, de Prodentfabriek en het onderkomen van de vroegere zeepfabriek Rohm & Haas, maar ook aan bijvoorbeeld de spoorweghuisjes en het vroegere pompstation bij de Kwekersbrug.

Amersfoort moet die complexen koesteren, meent Cramer. ,,De Wagenwerkplaats bijvoorbeeld, vertelt het verhaal dat in de 19e en begin 20e eeuw heel veel Amersfoorters voor de spoorwegen hebben gewerkt. Zulke verhalen geven de stad een identiteit. Ze zorgen ervoor dat de bewoners zich thuis voelen en dat ze een schakel zijn tussen verleden, heden en toekomst.”

Een ander nieuw aandachtsveld is de wederopbouwperiode (1945 - 1956). De architectuur van kort na de Tweede Wereldoorlog is in de beeldvorming altijd wat ondergewaardeerd gebleven. Onterecht, aldus Cramer. ,,Wat wij belangrijk vinden is dat de geschiedenis zichtbaar blijft. De architectuur van de jaren ‘50 maakt deel uit van de stadsgeschiedenis. Er spreekt een enorme toekomstverwachting uit met als specifieke kenmerken: licht, lucht en ruimte. Dat zie je aan de plaats die de woningen in het groen innemen.”

Kenmerkend voor Amersfoort is dat de eerste naoorlogse wijken als Liendert en Schuilenburg als het ware als bloembladen rond de oude binnenstad kwamen te liggen. Typerende architectuur en stedenbouw uit de wederopbouwperiode zijn verder onder meer de bomenbuurt in het Soesterkwartier, de door Zuiderhoek ontworpen schoolgebouwen in de Kruiskamp, diverse woningbouwcomplexen aan de Ganskuijl en de Berg Zuid. Op basis van wat de gemeenteraad van de startnotitie vindt, wordt het nieuwe monumentenbeleid ontwikkeld.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie