‘Van Overeem was beschermengel’

23 april 2008 om 00:00 Nieuws

Op 19 april 1945 droeg de SD de leiding van Kamp Amersfoort over aan het Rode Kruis. Loes van Overeem bestuurde vanaf die dag het Kamp. Sinds de hongerwinter van 1944 verbleef ze in het Kamp om de gevangenen te helpen en nog meer om te voorkomen dat de bewakers bij de ontruiming van het kamp de gevangenen zouden liquideren. ,,Ze trok zich niets aan van de dreigementen van Kampcommandant Berg’’, vertelde R. Gruter van het Rode Kruis.

AMERSFOORT – De herdenking van de overdracht van Kamp Amersfoort stond zaterdag in het teken van Loes van Overeem van het Rode Kruis en de Sinti en Roma. He nieuwe naambordje voor de Appelweg en de Laan 1940-1945 werd onthuld.

door Gerhard te Winkel

Op 19 april 1945 kreeg Loes van Overeem de sleutels van het Kamp en verdween Berg, nadat hij eerst nog in zijn auto een ererondje door Kamp Amersfoort had gereden. Vanwege zijn rol in de gruwelen in het kamp kreeg hij later de doodstraf.

N. van Hasselt sprak op de herdenking namens de oud-gevangenen. ,,In 1943 werd ik opgepakt. Ik zat in de gevangenis. Ineens gingen de deuren open en stond daar ene mevrouw Van Overeem. Ze bracht eten en sprak bemoedigende woorden.’’

Van Hasselt kwam uiteindelijk in Kamp Amersfoort terecht. ,,Bij de poort stond mevrouw Van Overeem. Ze plukte me uit de rij en zei dat ik een ziekte had die ik totaal niet kende. Hierdoor kwam ik in de ziekenbarak terecht en werd ik verpleger. Die ziekte begreep ik later. Ik zat veel beter in de barak.’’

,,Je moet een doel in je leven hebben. Mevrouw van Overeem, ja, voor mij nog altijd mevrouw, wilde andere mensen helpen. Ze heeft me geïnspireerd. Door haar wilde ik huisarts worden en dat ben ik nog steeds. Ze was een beschermengel’’, aldus Van Hasselt. Hij vertelde dat hij na de oorlog het geluk had dat hij zijn vrouw ontmoette, die hem geweldig opving. ,,Het is vaak zwaar voor ze geweest. Als ik dingen verkeerd gedaan heb, sorry.’’ Daarna onthulde Van Hasselt samen met een andere oud-gevangene het nieuwe naambord van de Loes van Overeemlaan.

Z. Weisz sprak namens de Sinti en Roma. ,,Meestal worden we zigeuners genoemd, maar dat vinden wij een denigrerende naam.’’ De Sinti en Roma hebben het in de loop van eeuwen moeilijk gehad in Nederland en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Ze werden vervolgd en opgejaagd. In de Nederlanden was de situatie niet zo erg als in Oost-Europa, maar toch hebben de Sinti en Roma veel geleden onder de onderdrukking.

De Nazi’s hebben deze groep met grote hartstocht vervolgd en geprobeerd de groep uit te roeien. Er zijn meer dan een half miljoen Sinti en Roma om het leven gekomen in de Tweede Wereldoorlog. Het exacte aantal is moeilijk te berekenen, omdat veel Sinti en Roma niet geregistreerd werden en ze door speciale commando’s in Oost-Europa werden uitgemoord.

Weisz vertelde dat na de oorlog de Sinti en Roma aan hun lot overgelaten werden. Ze hadden geen vertegenwoordigende organisaties. Daarom prees Weisz uitvoerig het werk van Karel Kreuning van Kamp Amersfoort. In het informatiebulletin schreef hij artikelen over de geschiedenis van de Roma en Sinti tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie