Hooghstate Museum te gast in Museum Flehite

1 augustus 2012 om 00:00 Cultuur

AMERSFOORT - Musum Flehite huisvest momenteel een heel bijzondere tentoonstelling. Uit de verzameling van Janny en Jaap Verhage zijn prachtige schilderijen te zien van onder anderen Jap Zandleven. Onno Maurer, conservator Museum Flehite, licht de expositie in zin museum toe.

Het verzamelaarsechtpaar Janny en Jaap Verhage uit Haastrecht heeft in de loop der jaren een omvangrijke collectie werken van de schilder Jan Adam Zandleven en andere schilders uit de entourage van de beroemde kunstpedagoog en -adviseur (onder andere van Hélène Kröller-Müller) H.P. Bremmer aangelegd. De verzameling is ondergebracht in hun in een fraai historisch pand gevestigde privémuseum in Haastrecht, het Hooghstate Museum, dat momenteel (nog t/m 26 augustus) te gast is in Museum Flehite.

In de tentoonstelling zijn een vijftigtal werken van Jan Adam Zandleven en enkele werken van zijn schildervrienden Jan Carbaat, Johannes Lodeizen, Henri van Daalhoff en Jakob Nieweg te zien. Ook is werk geëxposeerd van één van zijn belangrijkste voorbeelden: Théophile de Bock, die gerekend kan worden tot de ‘Oosterbeekse School’. De selectie schilderijen en tekeningen uit de collectie Hooghstate Museum is aangevuld met enkele werken uit de collectie van Museum Flehite zelf, Museum het Rondeel in Rhenen, Museum De Wieger in Deurne, het virtuele Zandleven Museum (www.zandleven.nl), enkele particulieren en kunsthandels. Wederom biedt Museum Flehite ruimte aan privéverzamelaars om hun liefdevol bijeengebrachte kunstcollectie aan het publiek te tonen. Zo was eerder dit jaar de veelzijdige verzameling klassiek moderne kunst van de Amsterdamse economieleraar Ger Fransen te zien.

De kern van de Collectie Hooghstate wordt gevormd door circa zeventig schilderijen van Jan Adam Zandleven. Zandleven groeide op als zoon van een verfhandelaar. Lange tijd werkte hij voor het bedrijf van zijn vader. Pas op 34-jarige leeftijd maakte hij de ommezwaai naar de schilderkunst. Hij was een schilder van de natuur: duin- en vooral boslandschappen waren favoriet, maar er kwam tijdens zijn carrière ook een groot aantal (bloem)stillevens tot stand. Van meet af aan werkte Zandleven in een expressieve stijl in de trant van Van Gogh en net als de wereldberoemde schilder bracht hij de verf dik (pasteus) op het doek aan. Zandleven was een diep religieus man; hij zocht in de natuur naar het goddelijke dat volgens hem schuilging in de kleinste, op het eerste gezicht onbeduidendste elementen. Jan Adam Zandleven vestigde zich met zijn vrouw Janke aanvankelijk in Wijk aan Zee, maar al snel verhuisde het stel naar Gorssel omdat Jan Adam zich aangetrokken voelde tot een bosrijke omgeving. Zijn boezemvriend, de schilder Jan Carbaat, voegde zich in Gorssel bij de Zandlevens en verhuisde later met hen mee naar Hengelo, Putten en Rhenen. In die laatste plaats kwam de Amersfoortse schilder Jakob Nieweg (1877-1955) regelmatig op bezoek. In het voorjaar staken Zandleven en Nieweg de Nederrijn over om in het Betuwse Lienden de bloeiende bongerds te schilderen.

Een ernstige ziekte maakte een vroeg einde aan het leven van Jan Adam Zandleven. Vijf jaar na zijn dood sloegen vier mannen de handen ineen: Jakob Nieweg, H.P. Bremmer, kunstcriticus Jos de Gruyter en de voorzitter van de Amersfoortse Kunstkring, jonkheer Den Beer-Poortugaal, en organiseerden een ,,Eere Tentoonstelling’’ van het werk van Jan Adam Zandleven, die in het voorjaar van 1929 te zien was in het Stedelijk Museum in Amsterdam en daarna doorreisde naar de zalen van ‘De Armen de Poth’ in Amersfoort. Daarna werd het stil rond Jan Adam Zandleven totdat, opnieuw in Amersfoort, 83 later Museum Flehite een groot overzicht laat zien. De naam Zandleven zal bij velen niet direct iets oproepen. Deze ‘kleine meester’ behoort echter tot de grootste talenten onder de ‘vergeten schilders’.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie