De voorkant van het boek
De voorkant van het boek National Archives, publiek domijn

De Pacific War vanuit een schuttersputje

25 juni 2020 om 09:51 Overig Deel je nieuws

Begin mei 1945 is Nederland grotendeels bevrijd en kan men zich weer richten op de toekomst en de wederopbouw van het land. Ver van hier woedt de oorlog in de Stille Oceaan echter nog onverminderd door. Sinds de Japanse aanval op de legerbasis Pearl Harbor op 7 december 1941 is Amerika nog steeds verwikkeld in een bloedige strijd om de Japanners terug te dringen. In deze “island-hopping” campagne wordt eiland na eiland teruggewonnen en worden tal van landingsbanen gebouwd zodat Amerikaanse bommenwerpers Japanse basissen in de regio kunnen bombarderen, met als uiteindelijk doel Japan zelf te bereiken en binnen te vallen.

            Aanvankelijk heeft Amerika weinig middelen en manschappen om te Japanners te bevechten. Het is echter een kwestie van tijd voor de oorlogsmachine op gang komt en de haast onuitputtelijke bronnen kunnen worden ingezet voor een grootse tegenaanval. Met de Japanse nederlaag van Midway eiland in Juni 1942 wordt het keerpunt in de oorlog bereikt en krijgen de Amerikanen de overhand in de regio. Met de ondergang van de Japanse vloot tijdens de slag om Leyte eiland in oktober 1944, waarbij vooral het verlies van de vliegdekschepen een grote rol speelt, lijkt het begin van het einde van de oorlog in zicht.    

 

Verandering van tactiek

 

De Japanners zijn zich zeer bewust van het feit dat ze de oorlog niet meer kunnen winnen. Ze zijn echter geenszins van plan zich gewonnen te geven en veranderden van tactiek in een poging de oorlog zo lang mogelijk te laten duren en de Amerikaanse verliezen zo hoog te laten oplopen dat de Amerikaanse overheid weinig andere keus heeft dan een wapenstilstand voor te stellen. Waar voorheen banzai-aanvallen werden ingezet waarbij honderden Japanse soldaten hun leven opofferden door in de vuurlinies van hun tegenstanders te rennen, worden deze steeds vaker verboden. Ook graven de Japanners zich steeds dieper in en verwijderen ze hun slachtoffers en kogelhulzen na vuurgevechten waardoor de Amerikanen het idee hebben dat ze tegen geesten vechten. De Amerikanen zijn desalniettemin vastberaden om tot het bittere einde door te vechten, en op 1 April 1945 ligt een grootse armada voor de kust van Okinawa. Zoals één van de inwoners zich herinnert “strekte de vloot zich zo ver als het zicht reikte uit.” Het bombardement dat voorafgaat aan de landing is zo hevig dat de lokale bevolking het de naam “Tyfoon van Staal” geeft. 

 

De invasie

 

De Amerikaanse Marine trekt naar het noorden van het eiland terwijl het leger de zuidelijke helft van het eiland voor zijn rekening neemt. Alhoewel de mariniers op enkele plaatsen zware tegenstand ondervinden van Japanners en de lokale bevolking, worden de eerste weken van de campagne door velen —in vergelijking met de latere gevechten— als een picknick omschreven: barbecueën, rondhangen en plezierritjes zijn aan de orde van de dag. De opmars van het leger, daarentegen, loopt al bijna direct vast op de eerste van drie verdedigingslinies op het eiland. De Japanners zijn diep ingegraven in de rotsige grond en hebben tal van bunkers en stellingen gebouwd die elkaar beschermen met vervlochten vuurlinies. De enige manier waarop de Amerikanen vooruit kunnen komen, is door frontale aanvallen uit te voeren. Het aantal doden, gewonden en gevallen van posttraumatische stress stoornis sneller stijgt dan ooit tevoren en de mariniers worden naar het zuiden gestuurd om de impasse te doorbreken. Hoe dichter ze bij de frontlijn komen, hoe meer oorlogsgeluid er tot ze doordringt en hoe meer trucks met dode Amerikanen ze zien rijden.

           

Zelfmoordtactieken

 

Niet alleen de slag op het eiland is in volle gang. Ook de Amerikaanse marine lijdt zware verliezen door de constante kamikaze aanvallen waarbij Japanse piloten zich met vliegtuigen vol explosieven in de schepen boren. Alhoewel deze tactiek niet nieuw is in de Stille Oceaan, is de schaal waarop het nu gebeurt ongekend. Eén van de Amerikanen herinnert zich: “Tijdens de eerste aanval maakten we nog grappen omdat we dachten dat het een oefening was. Plots sloegen de kogels naast ons in.” Wekenlang gaan de luchtalarmen bijna dagelijks af, is de angst voor een inslag altijd aanwezig en verstoren nachtmerries de slaap. De Japanners krijgen snel door dat aanvallen in grotere groepen de kans op een succesvolle aanval aanzienlijk vergoten. Tijdens Operatie Kikusui zorgen ongeveer 1,800 vliegtuigen in tien grote aanvalsgolven voor bijna 10,000 doden en gewonden. Ook zelfmoordzwemmers, boten vol explosieven, eenmanstorpedo’s en vliegende bommen worden veelvuldig ingezet in een poging de Amerikaanse vloot terug te laten trekken en zodoende de militairen en mariniers op het eiland af te snijden van de nodige bevoorrading en een vluchtroute.      

 

De strijd komt stil te liggen

 

De slechte omstandigheden op het eiland verergeren nog verder wanneer eind mei het regenseizoen (de befaamde “plum rains”) de grond verandert in een moeras. Voertuigen komen vast te zitten in de modder waardoor de bevoorrading stagneert, wapens lopen vast, doden en gewonden kunnen niet of nauwelijks worden afgevoerd en de hele operatie komt stil te liggen. De troepen zitten dagen en soms zelfs weken in dezelfde tot de rand volgelopen schuttersputjes, te midden van rottende voedselresten en lijken, uitwerpselen en duizenden vliegen en maden. Bijna iedereen krijgt loopgraafvoeten en dysenterie, en de Amerikanen benijden de Japanners die “droog en wel in hun grotten zitten”. Echter, deze grotten zitten tjokvol zieken, stervenden en doden, en er is een ernstig tekort aan water, voedsel en medicatie. Steeds minder Japanners zijn bereid de beperkte ruimte en voorraden te delen met de lokale bevolking. Duizenden Okinawa’s worden uit de grotten gejaagd of gecommandeerd zichzelf en hun (klein)kinderen te vermoorden. Wie niet gehoorzaamd worden gedood.

 

Tot het bittere eind

 

Wanneer de weersomstandigheden eindelijk verbeteren, hernieuwt de uitputtingsslag zich. Langzaam maar zeker sluit het net zich om de Shuri-lijn, de tweede verdedigingslijn die is opgetrokken ter hoogte van de culturele hoofdstad. Een grote Japanse tegenaanval mislukt jammerlijk en de Japanse verdediging brokkelt stukje bij beetje af. Een Amerikaanse officier laat weten dat zijn manschappen “binnen een week zullen dansen in de politieke hoofdstad, Naha.” Niemand kan voorzien dat de strijd ver van over is. De Japanse troepen hebben zich ongezien teruggetrokken naar een derde verdedigingsring in het zuiden. Alhoewel de stellingen hier van inferieure kwaliteit zijn, zetten de verbeten Japanners hun gevecht onverminderd door. In een wanhoop strijd die bijna een maand voortsleept, verliezen duizenden soldaten en burgers het leven.

            Als op 22 juni 1945 na 83 dagen eindelijk de Amerikaanse vlag over het eiland wordt gehesen, zijn er zo’n 50,000 Amerikaanse slachtoffers gevallen, waarvan meer dan 12,000 doden. Het grootse gedeelte van de 110,000 Japanners is gedood — een groot deel hiervan is levend begraven in de duizenden grotten die het eiland telt. Het aantal overleden Okinawa’s is onduidelijk, maar zelfs de hoogste schatting van 122,000 is hoogstwaarschijnlijk te laag. De ontstellende aantallen zullen uiteindelijk een grote rol spelen in de beslissing om de atoombommen in te zetten. Verwacht wordt dat de verdediging van Japan tot ruim één miljoen Amerikaanse slachtoffers zal leiden.   

 

Een hernieuwde kijk

 

In de afgelopen decennia zijn veel werken over de slag om Okinawa gepubliceerd. Veel van deze werken zijn historisch stukken die zich vooral richten op de strategische en tactische aspecten van de slag. Anderzijds zijn er veel dagboeken van veteranen verschenen waarin de lezer een stuk van de strijd meekrijgt door de ogen van degenen die er hebben gevochten. Weinig boeken hebben de ervaringen van een groot aantal ooggetuigenverklaringen gebundeld en deze gekoppeld aan de dagelijkse en plaatselijke gebeurtenissen tijdens de strijd op zowel het land als op het water. In Okinawa 1945: A Foxhole View heeft auteur Peter Doornekamp dit bewust wel gedaan om daarmee de lezer een zo breed mogelijk beeld te geven van de belangrijkste momenten en locaties, gezien door de ogen van zowel de Amerikanen als de Japanners en de lokale bevolking. De verhalen zijn niet geromantiseerd, met als doel een zo eerlijk en helder mogelijke beschrijving van de slag te geven.

 

De auteur

 

Peter Doornekamp heeft in 2016 zijn eerste boek Onto the Black Shores of Hell: The Battle for Iwo Jima uitgegeven en in 2020 heeft hij meegeschreven aan het boek Our Dads, Our Heroes: The Marine Corps War Memorial, the United States Flag Raising of Iwo Jima. Momenteel werkt hij aan een boek over de slag om Tarawa en een boek over het leven van zijn grootmoeder die in 1931 geboren is.

 

 

Okinawa 1945: A Foxhole View

Peter Doornekamp

Ravenswood Publishing

482 pagina’s, 19 Euro  

Te bestellen via amazon.co.uk 

 

 

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie