Aantal Chinees-Indische restaurants groeit alleen in Amersfoort

AMERSFOORT De traditionele 'afhaalchinees' lijkt steeds verder uit het straatbeeld te verdwijnen. In heel Nederland daalde het aantal restaurants. Maar één nederzetting bleef moedig weerstand bieden aan die neerwaartse trend: Amersfoort telt momenteel vijftien Chinees-Indische restaurants. In 2009 waren dit er nog dertien, waarmee het aantal Chinese eetgelegenheden in die periode is gestegen met met 15 procent.

In tien jaar tijd daalde het aantal Chinees-Indische restaurants landelijk juist met ruim twintig procent. Momenteel telt Nederland er nog zo'n 1.600, zo blijkt uit een recente publicatie van horeca-adviesbureau Van Spronsen & Partners.

Babi pangang, foe yong hai, nasi of saté: dit type gerechten is onlosmakelijk verbonden met het 'Chin. Ind. Spec. Rest.'. Toch zit het Chinees-Indische restaurant volgens Van Spronsen en Partners al enkele jaren in een 'neerwaartse spiraal'. In de jaren '80 ging nog één op de drie Nederlanders maandelijks eten bij 'de Chinees', terwijl dit bezoekje nu 'nauwelijks meer in ons systeem' zit, zo schrijven de onderzoekers.

(Artikel gaat verder onder de afbeelding).

In Zeeland en Limburg daalde het aantal Chinees-Indische restaurants met meer dan 30 procent het hardst. Flevoland noteert van de provincies de kleinste afname (-7 procent). Dit is echter ook de provincie met het kleinste aanbod.

WOK Volgens Van Spronsen zijn veel restaurants getransformeerd tot wok- of all-you-can-eat restaurant. Er zijn geen ketens binnen de Chinees-Indische restaurantmarkt, al zijn er veel restaurants met dezelfde naam (Peking, Chinese Muur, Lotus of De Lange Muur). Wel ziet het horeca-adviesbureau kansen voor conceptuele restaurants die meerdere Aziatische keukens mixen. Denk hierbij restaurants die specifiek ramen of noedelsoep serveren, of zich richten op teppanyaki, dimsum of hotpot, een soort Chinese fondue.