Amersfoortse sopraan Henriette Feith initiatiefneemster Stichting Bas van Hengel

11 april 2012 om 00:00 Achtergrond

AMERSFOORT - ‘Uren, dagen, maanden, jaren, vliegen als een schaduw heen.’ Deze beroemde beginregel neurie ik moeiteloos mee. Dat Rhijnvis Feith, befaamd om zijn romantisch proza en gedichten, deze zin eeuwen terug toevoegde aan ons nationaal geheugen, herinner ik me nog van school. Daarna stokt mijn feitenkennis. Zangeres Henriette Feith daarentegen draagt spontaan, zonder enige hapering en met groot gevoel voor timing het hele lied voor. ,,Verplichte kost was dit vroeger bij ons thuis.’’

Herma Klein Kranenberg

De Amersfoortse sopraan Henriette Feith is een bezige dame. Als ik haar thuis tref voor het gesprek heeft ze de opnames van haar nieuwste cd net afgerond. De voorbereidingen voor het benefietconcert op 20 april van de Stichting Bas van Hengel zijn in volle gang. Tussen de bedrijven door repeteert ze alvast voor haar rol in een productie van Holland Opera. Dit nog los van haar optredens en de zanglessen die ze verzorgt. In de serre, een kop thee binnen handbereik, vertelt ze over haar grote liefde voor de muziek.

Als verre nazaat van de bekende Zwollenaar zag haar vader het lied van Feith als onderdeel van de opvoeding. Waar vader Feith zijn nageslacht confronteerde met het bloemrijke proza van wijlen Rhijnvis, liet Henriette’s moeder zich ook niet onbetuigd in de strijd om illustere voorvaderen. Wat te denken van Arp Schnitger, Duits orgelbouwer van wereldfaam. Schnitger bouwde met zijn zonen het orgel voor de Grote Kerk in Zwolle. Een schrijver en een orgelbouwer als stamvaders. Henriette’s voorliefde voor het lied lijkt hiermee in één klap verklaard. Wat is een lied anders immers dan een huwelijk tussen taal en muziek?

Liefde voor zang

Terug naar het nieuwjaarslied van Rhijnvis Feith. Deze meezinger was jarenlang vast onderdeel van de liedbundel ‘Kun je nog zingen, zing dan mee’, een initiatief van een groepje onderwijzers uit de 19e eeuw. Muzikaal onderwijs zagen zij als ideaal instrument om kinderen normen en waarden bij te brengen en zo bij te dragen aan de algehele beschaving van het land. Grote woorden die, hoewel een tikje belerend, verrassend actueel zijn. Muziek als bindende factor - zuiver instrumenteel? Heeft muziek op zichzelf dan geen waarde?

Feith houdt een hartstochtelijk betoog voor haar passie: ,,Muziek wordt soms beschouwd als luxe, als iets erbij. Onterecht vind ik. Muziek kan mensen zoveel bieden. Kinderen en volwassenen, ieder op zijn eigen niveau. Om naar te luisteren of zelf te doen. Daar hoef je geen professional voor te zijn.’’

Haar liefde voor muziek ontstond toen ze als jong meisje gitaarles had. Later concentreerde ze zich op haar stem. Ze studeerde zang bij Cora Canne Meijer aan het Sweelinck conservatorium in Amsterdam. Als liefhebber van het lied in al haar verschijningsvormen kiest ze een breed repertoire: van modern Amerikaans tot ver terug in de vroege Italiaanse barok. Binnenkort vertokt ze in de opera Dido en Aeneas van Holland Opera de rol van tweede dame. Een muzikaal uitstapje waar ze zich zeer op verheugt. ,,Zingen in een opera is iets heel anders dan ik normaal gesproken doe.’’

Samen met luitist David van Ooijen concentreert ze zich nu op haar nieuwste project; een muzikale ode aan het vocale werk van Francesca Caccini. Deze Italiaanse componiste en zangeres genoot in de zestiende eeuw internationaal grote bekendheid. Ze kon bogen op een invloedrijke positie in de kunstwereld. Extra bijzonder omdat het in die tijd niet bon ton was dat vrouwen zich actief toonden in de kunst.

Henriette laat me een paar takes horen. ,,Prachtige duetten. Toch moet ik bij het terugluisteren altijd een afkeer van mijn eigen stem overwinnen. Vergelijk het met je stem op de voicemail. Dat klinkt ook anders. Vermoedelijk omdat we zijn gemaakt onszelf van binnenuit te horen. Bij live-optredens heb ik er geen last van twijfel en weet ik meteen of het goed is.’’ Na enig gepeins: ,,Onnatuurlijk is het eigenlijk om muziek vast te leggen. Muziek is per definitie vluchtig, in het moment.’’

Akoestiek om in te bijten

Henriette vertelt over de winterse omstandigheden waarin de opnames plaatsvonden. ,,Rillend van de vrieskou stond ik half februari te zingen in een kapel op het terrein van een voormalige jeugdinstelling in Eefde. Bleek veel goedkoper namelijk dan het huren van een concertzaal. Bovendien heeft die kapel een akoestiek om in te bijten.’’ ‘Bijten?’ vraag ik enigszins verbouwereerd. ,,Jaaah heerlijk is dat’’, klinkt het enthousiast. ,,De kerk in Loppersum heeft ook zo’n fantastische akoestiek. Hoef je niet helemaal over die galm heen te zingen.’’ Ah juist. Waarom niet gewoon een opname in een studio? Henriette kijkt me onthutst aan. ,,Een studio!? Ik denk dat het psychisch niet goed is heel oude vroege barok in een studio op te nemen. Dat slaat compleet dood tegen de muren.’’ Idyllisch in een kerkje in Florence dan, opper ik. Ze lacht voluit: ,,Ja, kon dát maar bij wijze van studiereis.’’ Over praktische bezwaren gesproken. Financiën. Een heikel punt voor menig musicus.

Muziek kan mensen veel bieden, maar wat hebben ze er voor over? Een terugkerende vraag in het gesprek. Een festival of concert vraagt vanzelfsprekend investeringen van logistieke aard. Daarnaast moeten ook de inspanningen van de musici worden betaald. Veel mensen staan hier niet bij stil. ,,Word je benaderd alsof je blij mag zijn dat je mág optreden. En dat terwijl het simpelweg je broodwinning is.’’

Henriette stelt het helder: ,,Musici willen gewoon musiceren. Daar hebben ze immers jarenlang voor gestudeerd. Alleen: de financiële kant van de zaak vraagt ook aandacht. Je runt op een bepaalde manier je eigen winkeltje.’’ Een winkel waarin je jezelf in de etalage zet voor een acceptabel bedrag, waarna je keurig de verschuldigde negentien procent BTW afdraagt. Ze slaakt een diepe zucht. ,,Administratieve rompslomp. Het hoort erbij.’’

Muziek spreekt

Muziek kan spreken daar waar woorden tekort schieten. Niet voor niets speelt muziek op zowel bruiloften als begrafenissen een belangrijke rol. Vier jaar geleden overleed bevriend cellist Bas van Hengel aan een ernstige ziekte. Bij zijn uitvaart waren geen sprekers. Er werd uitsluitend gemusiceerd en gezongen. Henriette denkt met ontroering terug aan deze bijeenkomst: ,,Bas van Hengel werd slechts 38 jaar. We zongen met voltallig koor en orkest het Requiem van Mozart. Met dichtgeknepen keel van de emoties. Heel indrukwekkend.’’ Muziek als balsem voor de ziel in trieste tijden.

Dit vroege overlijden van Bas van Hengel raakte haar zeer. Zijn jonge gezin bleef bedroefd achter, met naast het verdriet grote financiële zorgen. ,,Bas was kostwinner en zijn inkomen viel weg.’’ De gebeurtenis onderstreepte nog eens hoe kwetsbaar de positie van een zelfstandige is. Zeker in de muziekwereld die aaneen hangt van tijdelijke contracten en losse opdrachten.

Stichting Bas van Hengel

Het inspireerde Henriette en anderen tot een bijzonder initiatief. Ze richtten de Stichting Bas van Hengel op als eerbetoon aan hun vriend. Doel is praktische en financiële hulp te bieden aan musici en hun naasten in tijden van nood. Voorlichting geven over het belang van en informatie over arbeidsongeschiktheid- en overlijdensrisicopolissen is een andere taak van de Stichting. Benefietconcerten, contact met sponsoren en gevestigde fondsen helpen deze doelen te realiseren. ,,Inmiddels hebben we al een paar musici kunnen helpen. Een mooi resultaat.’’

Trots blikt ze vooruit op het benefietconcert van 20 april in de Johanneskerk in Amersfoort. ,,Topmusici treden belangeloos op voor het goede doel. Het Apollo-ensemble bijvoorbeeld met bas-bariton Frans Fiselier en het Artonis Pianotrio. Last but not least de flamencogitarist Eric Vaarzon Moorel.’’ Op het programma staat onder meer de aria ‘Ich habe genug’ van Bach. Henriette: ,,Fantastisch vind ik het dat iedereen mee doet. De musici vullen het programma zelf in. Reken maar dat het prachtig wordt.’’

Tot slot nog één keer terug naar voorvader Feith. In 1784 schreef Rhijnvis een bewerking op het Hooglied van Prediker. Dit Hooglied vormde de basis voor een originele verrassing op het huwelijksfeest van Henriette en haar man in 1996. Bruidegom René zocht in het diepste geheim contact met componist Daan Manneke. Manneke componeerde op de tekst van Rhijnvis speciaal voor Henriette een huwelijksmadrigaal voor orgel en stem. Hoe romantisch. Henriette’s ogen twinkelen als ze erover vertelt. Ik denk aan Schnitger de orgelbouwer en aan Feith de taalkunstenaar. De stamvaders moesten eens weten hoe orgel en stem elkaar vinden in dit loflied op de liefde dat in feite een ode aan de stem is. ,,Doe mij uwe gedaante zien, Doe mij uwe stemme horen! Want uw stemme is lieflijk, Uwe gedaante is schoon.’’

Meer informatie: www.stichtingbasvanhengel.nl.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie