Gemeenteraad unaniem: Noordewierweg wordt rustig, veilig straatje

AMERSFOORT De Noordewierweg gaat op de schop, zo besloot de gemeenteraad unaniem op dinsdagavond 12 oktober. Waarom? Tal van redenen. De weg gaat door het héle Soesterkwartier maar heeft het karakter van een gevaarlijke autoweg. Er vinden per jaar meerdere ongevallen met letsel plaats. Het is namelijk, behalve de verkeersader van deze grote volkswijk, ook een racebaan.

Jeroen de Valk

Aan de aanpak hangt wel een prijskaartje van 4,9 miljoen. De gemeente heeft 1,2 miljoen daarvan klaarliggen. Wethouder Roald van der Linde acht aanvragen bij fondsen voor zaken als ‘vitale wijken’ en ‘vergroening’ kansrijk. Ook wil hij naar mogelijkheden zoeken in de eigen begroting.

Er waren geen moties waarin twijfel hierover werden uitgesproken. Dirk-Joost van Hamersveld (D66) vatte de algemene opinie samen: ,,U zoekt maar naar dat geld, u vindt het wel, dit is té belangrijk voor Amersfoort.’’ Deze boodschap kwam over. Het begin van de uitvoering staat voorlopig op de agenda voor begin 2023.

ENTREEPLEINEN Nu wordt er nog te hard gereden omdat de straat bijna als een liniaal réchtdoor gaat, met voor het autoverkeer weinig obstakels. Menige automobilist voelt zich uitgenodigd om flink op het gas te trappen. Tegelijk is de weg net te smal voor snel rijdend verkeer in twee richtingen, vergezeld van fietsstroken. Uit onderzoek blijkt dat fietsers zich hier niet veilig voelen. Dat geldt ook voor voetgangers die willen oversteken. Vooral ouderen en zij die minder goed ter been zijn, komen maar moeilijk naar de overkant.

Voorts spelen milieuoverwegingen een rol. De Noordewierweg kent vrijwel geen groen in de openbare ruimte. Dat leidt onder meer tot ‘hittestress’, zo schreef het college van b & w aan de gemeenteraad. Aaneengesloten stoeptegels met lichte kleuren reflecteren het zonlicht en laten geen water door.

30 KILOMETER De belangrijkste maatregel is dat voor vrijwel de hele Noordewierweg - van de Puntenburgerlaan tot het Isseltseveld - een nieuwe maximumsnelheid gaat gelden: nog maar dertig kilometer. Bij de genoemde straathoeken worden ‘entreepleinen’ ingericht. Plekken die aan de verkeersdeelnemers duidelijk maken: u verlaat nu een gewone weg, vanaf dit plein wordt het anders. Elders in de stad bestaan die al; neem het pleintje tussen de Kamp en de rotonde met de stier. Bankjes, plantenbakken en afwijkende tegeltjes peperen de automobilist in dat hij of zij vanaf hier te gast is in een winkelstraatje vol fietsers en voetgangers.

EMMAÜSKERK Maar er komen nog meer pleinen: in ieder geval bij de markante Emmaüskerk. Daar worden woningen gebouwd en groen aangelegd. Dit bouwplan heet ‘het Hart van Soesterkwartier’ en moet een ‘groene ontmoetingsplek’ worden. Niet zomaar een kerkje langs een racebaan.

Tussen de pleinen door komen ‘plateaus’, ofwel lange verkeersheuvels. Daardoor kún je er niet eens meer harder rijden dan dertig, wil je je auto intact laten. De lagere verkeerssnelheid leidt tot meer voorzichtigheid, en daarmee tot de mogelijkheid om de weg te versmallen. Zo ontstaan twee rijbaantjes waarop de auto’s elkaar voorzichtig passeren.

Wie hier niet per se moet zijn, zoekt een andere doorgaande weg: neem de Amsterdamseweg, een paar honderd meter naar het noorden. De plannenmakers verwachten dat dit beleid resulteert in 15 tot 20 procent minder autoverkeer. Aan weerszijden komen ruime stoepen, groene stroken en fietspaden.

KEUKENRAAMPJE Het staat niet met zoveel woorden in het raadsvoorstel, maar het plan voorziet niet - in tegenstelling zoals bij de planning van nieuwe wijken - in een drastische vermindering van het autobezit. Het gebruik van de fiets wordt gestimuleerd en het doorgaande autoverkeer ontmoedigd, dat wel.

Wellicht hebben de onderzoekers enkele raadsvergaderingen over parkeren bijgewoond. Dan weten ze dat menige Soesterkwartierder zeer gehecht is aan zijn auto. Insprekers klaagden dat er auto’s in hun straat stonden van iemand die ze niet kenden. Eén van hen vertelde ontsteld aan de verslaggever dat hij vanaf zijn keukenraampje zijn auto niet meer kon zien staan.