Tahsin Bülbül (DENK)
Tahsin Bülbül (DENK) DENK

DENK: gemeente moet meer doen om statushouders aan werk te helpen

27 juni 2018 om 21:47 partnercontent

AMERSFOORT Amersfoort loopt niet voorop als het gaat om het begeleiden van statushouders naar werk. Uit onderzoek blijkt dat minder dan vijf procent van de statushouders (asielzoekers die een verblijfsvergunning kregen) die zich in de afgelopen twee jaar in Amersfoort vestigden, ook betaald werk wist te vinden. Dit is een lager percentage dan het landelijk gemiddelde.

Jeroen de Valk

Aanleiding voor de eenmansfractie van DENK om een concept-motie in te dienen. Fractievoorzitter Tahsin Bülbül stelt hierin voor dat de gemeente, in samenwerking met werkgevers, gaat onderzoeken welke geschikte vacatures er zijn. Bij het koppelen hieraan van statushouders moet 'maatwerk' worden verricht; gooi ze niet op één hoop, maar kijk naar de individuele wensen en capaciteiten.

Daarna dienen de kandidaten zo snel mogelijk te worden begeleid naar dat werk, vóórdat andere werkzoekenden zich kunnen aandienen. Teneinde dit proces goed te controleren, moet wethouder Cees van Eijk iedere drie maanden verslag uitbrengen.

INBURGEREN Bij een oriënterende ronde in het stadhuis legde Annemarike van Egmond, directeur van NVA - een instelling die statushouders terzijde staat - uit dat in Amersfoort de nadruk wordt gelegd op het inburgeren én het zoeken naar werk. ,,Dat inburgeringsexamen moet worden afgelegd, het is fijn als dat achter de rug is.''

Bülbül achtte dit een weinig bevredigend antwoord. ,,De cijfers worden te gemakkelijk recht gepraat. Veel mensen willen graag werken en werk bevordert ook de integratie. Hebt u mensen in dienst om werkgevers te benaderen?'' Van Egmond antwoordde dat NVA beschikt over 8 voltijdbanen om werkzoekenden te begeleiden en één voltijdbaan om werkgevers op te zoeken.

Youssef el-Messaoudi (GroenLinks) vond dat aan veel eisen in de motie al tegemoet wordt gekomen. Wethouder Van Eijk zei alvast dat hij de driemaandelijkse rapportage een tijdrovende klus vond.  

ERITREA Hoe nu verder? Bülbül overweegt alsnog een (eventueel aangepaste) motie in te dienen; het is de vraag of die vóór het zomerreces vanaf midden juli zal worden besproken. Mogelijk verwerkt hij hierin een voorstel van meerdere collega's: om vluchtelingen al eerder terzijde te staan. Nu komt NVA pas in actie in de eerste vier weken nadat iemand in Amersfoort een eigen woning heeft gevonden.

Verder was er het voorstel van Van Egmond om het onderwijs aan te passen bij vluchtelingen uit Eritrea. Van Egmond: ,,Zij leren het meest van meelopen, voordoen, nadoen, laten zien. Dat werkt beter dan hen zelfstandig onderwijs te laten volgen.''  

Een rapport van de Amersfoortse Rekenkamer meldt niet alleen de talrijke instanties die zich al met (voormalige) asielzoekers bezighouden, maar ook dat mensen uit Somalië en Eritrea meer moeite hebben met de taal en het inburgeren dan anderen. Een kwestie van culturele verschillen, een totaal andere moedertaal en vaak ook traumatische ervaringen.

MONTAGE JONGENS Positief was de input van gastspreker Edin Hadzikadunic, zelf een Joegoslaaf die in 1992 naar Nederland vluchtte. Hij spreekt inmiddels vrijwel accentloos Nederlands en geeft leiding aan het leerbedrijf Montage Jongens. 

Hadzikadunic: ,,We werken met jongens uit Syrië en Eritrea. Nou, die hebben het nodige meegemaakt. Maar als je ze goed begeleidt, daar echt de tijd voor neemt, tonen ze veel inzet en motivatie. We laten ze meestal beginnen met zonnepanelen; dat zijn een soort Ikea-pakketjes. Maar vaak blijkt al snel dat ze méér kunnen, en dan krijgen ze ook moeilijker klussen.''

Hij sprak van een win-winsituatie. ,,In de bouw is personeel nodig én die jongens willen aan het werk.''

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie